Archive

Reading Section 9



Dirk Schäfer een geniale kunstenaar door Tom Graat

Bron: Havenloods. 15 november, 1973.

“Een geniale kunstenaar". Zo werd de Rotterdamse pianist-componist Dirk Schäfer, op 25 november 1873 in de Aert van Nesstraat geboren, in zijn tijd (hij stierf in 1931) genoemd. In Den Haag, in het gemeentemuseum, vindt tot 27 januari een herdenkingstentoonstelling plaats. In den Haag, omdat het Haags Gemeentemuseum in het bezit is van Schäfer's muzikale nalatenschap. Aan de hand van manuscripten, brieven, portretten, programma 's en dergelijke wordt, honderd jaar na zijn geboorte, de figuur van deze Nederlandse musicus opnieuw onder de aandacht gebracht. Ofschoon het maar een kleine expositie is, heeft mejuffrouw A. F. Bax van het Haags Gemeentemuseum er veel aandacht aan besteed. Tijdens ons korte bezoek aan de tentoonstelling, schetste zij ons aan de hand van het materiaal dat zij heeft weten te verzamelen, een duidelijk beeld van deze Rotterdamse pianist-componist. “Reeds als klein kind werd Dirk magnetisch aangetrokken door de piano, die hij bij zijn oom bespeelde daar er bij hem thuis geen klavier aanwezig was. Hij was toen zes jaar. Drie jaren later ontving hij zijn eerste pianolessen van een ondeskundige leraar, waardoor zijn spel grondig bedorven werd. Daarnaast leerde hij - vooral ter wille van zijn vader, - viool spelen”, vertelt juffrouw Bax. “Een derde bezigheid was voor hem het componeren. Op elfjarige leeftijd componeerde hij er lustig op los, zoals hij zelf eens vertelde. Hij schreef stukken voor piano, viool, verschillende bezettingen, ook liederen. Al deze jeugdwerken heeft hij echter vernietigd. Onderwijs Op aandrang van ter zake kundigen, vervolgt ze, “w .o. de directeur van de Toonkunst muziekschool in Rotterdam, Joh. H. Sikemeier, die Dirk had horen spelen. werd de ouders aangeraden hun zoon een degelijk muziek onderwijs te laten geven. Joh. H. Sikemeier zag, ondanks het verknoeide spel, wel degelijk talent in de jongen en hij vertrouwde hem dan ook toe aan de hoede van David Blitz. pianist en leerling van Sikemeier". In 1887 betrad hij als leerling de Toonkunstmuziekschool in Rotterdam. Van Sikemeier ontving hij pianoles, Friedrich Gernsheim en Theodoor Verhey onderwezen hem in de theorie vakken en compositieleer. Toen hij 15 jaar was moest hij kiezen voor de piano of de viool. Zijn leraren voorspelden: “In beide zal hij excelleren". Zeer tot teleurstelling van zijn vader koos hij de piano en wel om tweeërlei redenen de rijkdom der pianoliteratuur en de onuitputtelijke harmonische mogelijkheden, dit laatste vooral omdat hij zich voor alles componist voelde. Een Jaar later overleed zijn vader. De zorg voor Dirk kwam nu geheel in handen van zijn moeder, met wie hij een sterke binding had. Betovering De Rotterdamse jaren beschreef Dirk Schäfer later als onvergetelijk, zij lieten indrukken voor zijn gehele leven bij hem achter. In een interview gaf hij te kennen: ,,De betovering die het gehoorde op mij maakte, liet mij soms dagen, weken onder de indruk. De magische invloed van de muziek bracht mij als het ware in trance". Hij verafgoodde de classici en romantici. Beethoven, Schubert, Schumann, Chopin Later kwamen daar nog Bach en Mozart bij, Hij bezocht alle concerten waarbij hij zich van zijn prioriteit als componist bewust begon te worden. Een koninklijke subsidie stelde hem in staat zijn opleiding aan het Conservatorium in Keulen voort te zetten. Aan het einde van het tweede studiejaar behaalde hij de „Preiszeugnis" als pianist en componist. Na zijn conservatoriumtijd, in 1894. werd hem door de Hochschule für Musik te Berlijn, als beste van 65 internationale mededingers, de Mendelssohn-Bartholdy-prijs toegekend, een bijzondere onderscheiding, wanneer men bovendien nog bedenkt, dat deze prijs in geen 5 jaren meer was uitgereikt wegens gebrek aan niveau bij de mededingers. „In 1895 kwam hij zich met zijn moeder in Den Haag vestigen", zegt juffrouw Bax. ,,Zijn ideaal was altijd geweest om zich uitsluitend aan het componeren te wijden, maar dat was in Nederland nu eenmaal een ondenkbare zaak, wilde men zich in leven houden. Hem bleef dan ook niet veel anders meer over dan het geven van concerten en lessen. Op 8 april 1899 vond in Amsterdam de première plaats van zijn (niet in druk verschenen) klavierconcert in Es-dur met het Concertgehouworkest onder leiding van Willem Mengelberg, waarbij Schäfer de solo partij vertolkte. Een jaar later werd dit concert in Berlijn met de „Berliner Philharmoniker" herhaald. Op diezelfde avond speelde Schäfer bovendien ook nog Beethovens vierde pianoconcert. Zijn Es-dur concert heeft hij later verbrand. Zijn bekende klavierkwintet in Des-dur werd door het Hermann-kwartet in 1904 te Frankfurt am Main voor het eerst uitgevoerd. Schäfer vervulde zelf de klavierpartij. In Keulen werd dit concert nog eens herhaald met groot succes”, aldus mevrouw Bax. Amsterdam Na de Haagse periode vertrok Dirk Schäfer in 1905 voorgoed naar Amsterdam. Hij maakte tournees met de violist Carl Flesch en de cellisten Pablo Casals en Gerard Hekking. Zijn eigen composities stonden daarbij steeds op de programma's. In 1910 trof hem een zware slag: zijn moeder overleed na een slepende ziekte. Het duurde enige jaren voor hij eer actief aan het leven kon deelnemen. De concerten, die hij in Nederland gaf, hadden minder belangstelling van het publiek dan hij gehoopt had. Toen rijpte in hem het plan tot het geven Historische klaviercyclus van tien avonden, die de gehele klavierliteratuur zou omvatten vanaf William Byrd tot en met Arnold Schönberg. In november 1913 startte Schäfer met deze serie concerten in Rotterdam. In een tijdsbestek van een half ( hij was in mei, ermee begonnen) had hij met een ijzeren zelfdiscipline onafgebroken gewerkt aan de samenstelling en de uitvoering van dit gigantisch repertoire, “al zou ik dood neervallen bij de pedalen", zoals hijzelf eens opmerkte. Hij had een bijzondere voorliefde voor Bach, Beethoven. Brahms en Schubert, al was hij gedoodverfd als Chopin speler. Hij was een veelzijdig vertolker. Chopin De historische cyclus die hij ook in Amsterdam, Den Haag en Arnhem gaf (red. voor meer info: klik hier), maakte hem weldra tot een beroemd en erkend grootmeester. Maar ook in de buitenlandse hoofdsteden vierde hij triomfen. Hij gaf ook zeer vele concerten aan een componist gewijd, zoals Beethoven en vooral Chopin. Niet voor niets werd hij “De Nederlandse Chopin" genoemd. “Schäfer, als mens, was beslist niet gemakkelijk", vertelt juffrouw Bax, “maar hij had een hart van goud en zijn karakter was oprecht. Hij duldde geen compromis, geen geschipper. Zijn heengaan op 16 februari 1931 liet een enorme leegte achter. Zijn begrafenis was precies in overeenstemming met zijn karakter: geen praal, geen toespraken. Het ontbreken van de prominenten van het Concertgebouw werd wel beschouwd als een blamage tegenover de grote kunstenaar, doch hijzelf zou niet anders hebben verwacht".


Dirk Schäfer Archive

Dirk Schäfer aan zijn vleugel. Een Bechstein, het lievelingsmerk van Schäfer.